Rotgevoelens door ziekte
Wat zijn de gevolgen voor je dagelijks leven?
Doordat je ziek bent, kun je sommige dingen niet meer.
Soms is een ziekte tijdelijk. Maar het kan zijn dat je nooit meer hetzelfde kunt doen als vroeger. Of je bent ermee geboren, en je kunt steeds minder. Dan verandert je leven. Je kan bijvoorbeeld minder of helemaal niet meer naar school. Omdat je vaak moe bent of naar het ziekenhuis moet. Misschien deed je een sport die je door je ziekte niet meer kunt doen. Je bent daardoor niet meer wie je eerst was.
Wat eerst gewoon was, is dat nu niet meer. Dat betekent ook dat je je plannen voor de toekomst moet aanpassen. De meeste kinderen zijn daar eerst verdrietig en boos over. Pas als die gevoelens zijn gezakt, kun je kijken naar wat je nog wél kunt. Als je dat moeilijk vindt, kun je hulp krijgen bij het ontdekken van je andere talenten. Misschien vind je wel een nieuwe hobby of sport waar je anders nooit aan gedacht had.
Ook de band met mensen uit je omgeving kan veranderen.
Misschien moeten je ouders meer voor je zorgen en zijn ze vaak ongerust. Als je gewend was om veel zelf te doen kan je je daaraan ergeren en ontstaat er misschien ruzie.
‘Als ik pijn heb wil ik soms alleen zijn en soms wil ik dat iemand me troost. Mijn vader en moeder weten niet zo goed hoe ze me moeten helpen.’
Ook je broers en zussen moeten zich aanpassen. Zij zijn misschien jaloers dat er veel tijd en aandacht naar jou gaat, en voelen zich daar weer schuldig over. Vrienden en vriendinnen zullen ook moeten wennen aan de nieuwe situatie. Dat je minder tijd en aandacht voor hen hebt, omdat je door je ziekte veel met jezelf bezig bent. Soms begrijpen vrienden niet wat jou overkomt. Bij veel ziektes kun je aan de buitenkant niet zien dat je ziek bent. En sommige klachten zijn op het ene moment erger dan het andere. Daardoor heb je de ene keer wel tijd en energie voor je vrienden, maar moet je een andere keer afzeggen.
Vriendschappen veranderen ook als je jezelf door je ziekte anders bekijkt. Je kunt door een ziekte onzeker worden. Bijvoorbeeld doordat je er anders uitziet. Of doordat je van binnen bent veranderd: misschien vind je niet meer dezelfde dingen leuk als je vrienden. Of heb je het gevoel dat je hen niet genoeg aandacht kunt geven.
‘Ik ga niet mee naar het zwembad want ik wil niet dat kinderen mijn stoma zien. Als het een warme dag is, baal ik want dan weet ik al dat ik 's middags alleen ben.’
Het lukt niet altijd om toch vrienden te blijven, als er veel is veranderd. Soms kun je vrienden verliezen door je ziekte, en dat kan pijnlijk zijn. Maar het gebeurt ook dat kinderen die je nog niet goed kende, je juist wél begrijpen. Bijvoorbeeld kinderen met dezelfde ziekte als jij. Dan kunnen er nieuwe vriendschappen ontstaan.